Vat krijgen op de droogte
‘De droogte is een structureel probleem en moet structureel worden aangepakt. Op bestuurlijk niveau bijvoorbeeld, waar de provincies aan zet zijn, om de waterschappen goede voorschriften mee te kunnen geven. Op wetenschappelijk niveau, er is behoefte aan veel meer monitoring. En op het stellen van prioriteiten, met als eerste aandacht voor de hoge zandgronden’, vat Paul Noppers van de Inspectie Overheidsinformatie en Erfgoed het rapport 'Aanhoudend droog' samen.
Drooggevallen sloot bij kasteelbos Renswoude – foto Inspectie Overheidsinformatie en Erfgoed
Signalen leidden tot onderzoek
Op 31 augustus jl. bood de minister van OCW de Tweede Kamer de uitkomsten aan van het onderzoek naar de gevolgen van de aanhoudende droogte op groene monumenten. Een onderzoek dat volgde op diverse signalen over toenemende problemen voor het erfgoed, onder andere door sKBL en ERM. ERM signaleerde in het tijdschrift Watergovernance de schrijnende afwezigheid van de cultureel erfgoedsector aan de Beleidstafel Droogte en besteedde er ook een drukbezochte kennisbijeenkomst over funderingsproblemen aan. Die aandacht van ERM noemt de minister ook in haar beleidsbrief. Paul Noppers, senior onderzoeker bij de Inspectie Overheidsinformatie en Erfgoed en opsteller van het rapport noemt ook deze aandacht. ‘Het is een van de belangrijkste aanbevelingen: zorg dat de erfgoedexperts gaan participeren in de Beleidstafel Droogte’. In zijn onderzoek constateerde Noppers veel affiniteit met het onderwerp. ‘De problemen worden alom herkend en de bereidheid om ermee aan de slag te gaan is groot’. Maar, stelt hij, ‘het moet wel structureel worden opgepakt. Allereerst door de provincies. Wanneer zij richting de waterschappen duidelijke richtlijnen gaan formuleren om rekening te houden met groene monumenten, kunnen de waterschappen daarmee rekening gaan houden. Bijvoorbeeld in het toepassen van de verdringingsreeks voor oppervlaktewater’.
Monitoring
Een tweede belangrijk aandachtspunt noemt Noppers een structurele monitoring van de schade. ‘Nu zegt iedereen “ach wat erg”, maar veel exacte kennis van de schade hebben we niet. En die heb je nodig om beleid te kunnen opstellen en om structurele maatregelen te kunnen gaan ontwikkelen. Wat gebeurt er bijvoorbeeld met de stinzen? Een op zich hittebestendige plant, maar hoe gezond is de onderliggende bodemkwaliteit? Wageningen University & Research zou daarover feitelijk materiaal moeten gaan verzamelen. En verder zouden de eigenaren schade aan hun groen erfgoed ook consequent bij de RCE moeten gaan melden. Alleen met cijfers kunnen we uiteindelijk vat krijgen op de gevolgen van de aanhoudende droogte’.
Hoge zandgronden
Als derde aanbeveling geeft Noppers aandacht voor de hoge zandgronden mee. ‘In Overijsel, Noord-Brabant en Limburg zijn de gevolgen van de droogte vele malen ernstiger dan in het westen van het land. Daar, in het oosten en zuiden, is het grondwaterpeil naar een veel te laag niveau gezakt. Maar er is ook nauwelijks toevoer van water. Daar hebben de landgoederen echt grote problemen’. Noppers bepleit een integrale benadering. De betreffende provincies zouden met de RCE, de waterschappen en de eigenaren aan tafel moeten gaan zitten om de eerste noden in kaart te brengen en voorbereidingen voor maatregelen te gaan treffen. Niet per postzegel, maar integraal, voor het hele gebied’.
‘De aandacht die er voor de problemen van de droogte, ook voor het cultureel erfgoed nu is, moet de sector gaan verzilveren’, zegt Noppers. ‘Niet incidenteel, maar structureel, door ervoor te zorgen systematisch te worden betrokken in de kennisontwikkeling en de beleidsvorming, daar waar dat plaatsvindt.’
Klik hier voor het rapport 'Aanhoudend droog'.